dinsdag 10 september 2019

Telkens opnieuw een wereld van verschil


‘Een weekje Nkuringo overleefd’, zouden we het zo mogen stellen?  Ik kan je alleszins zeggen, het was weer een echt Nkuringo-weekje.  Dit is nu, laat me even nadenken, de 6de keer dat ik hier ben in functie van de School of Mercy, en dus niet als toerist of als muzungu zoals ze ons blanken hier noemen.  Als ik door het dorp loop, dan hoor ik Sophia of Mahoro, dus je zou kunnen zeggen dat ik geïntegreerd ben.  Maar dat kan ik alleen maar ten stelligste ontkennen.  Ook al zou ik hier blijven voor een lange tijd, mijn cultuur en hun cultuur zijn zo verschillend.  Dit was me ook weer tijdens dit bezoek heel duidelijk.  

Ik zou de mensen hier in Nkuringo kunnen veroordelen als ‘naïef’en ‘onwetend’, als ‘dom’ en ‘bijgelovig’, maar dat mogen we niet doen, want als je nauwelijks een kans op onderwijs gekregen hebt, als je niet weet hoe de wereld er buiten je dorp uitziet, dan mogen we alleen maar onszelf als de gelukkigen beschouwen.  

Als ik bij de vrouwen in klas zit, krijg ik nogal vaak vragen over hoe het gezinsleven bij ons is.  En dat vinden ze allemaal zo raar, zo vreemd.  Bijvoorbeeld, wij zitten samen aan tafel om te eten. Allé ja, dat is toch in onze meeste gezinnen de bedoeling.  Dat gebeurd in Nkuringo niet, want ten eerste hebben ze veelal geen tafel, en ten tweede de man des huizes eet eerst, daarna de kinderen, en de vrouw eet het laatst. 

De vrouwen schudden dan altijd onbegrijpend met hun hoofd, zo van ‘hoe is het mogelijk’.  Maar ook ik doe dit vaak.  Zo ook gisteren in de kerk, daar zie ik één van de meisjes die ik nog geen 3 jaar geleden in het 6de leerjaar Engels les gegeven heb, met een baby in haar armen.  Ik dacht bij mezelf, de baby kan niet van haar zijn, ze is nog maar 16 jaar.  Maar toen ik haar na de viering aansprak, bevestigde ze mij, met een heel grote glimlach, dat dit ‘haar’ baby is.  En dat vinden ze hier de normaalste zaak van de wereld.  Dan sta ik inderdaad met mijn hoofd vol onbegrip te schudden. 
 

De boodschap hier voor mij is; niet veroordelen, respecteer hun leefwereld, en ergens onderweg zullen we elkaar wel vinden.

Neem nu Titus en Lovence, 6 jaar en 12 jaar, eten vandaag mee met ons aan tafel.  Titus gaat er volledig voor, eten met mes en vork, ook al is het een gevecht met het taai geitenvlees.  Lovence daarentegen vraagt mij heel beleefd of ze met haar handen mag eten.  Natuurlijk mag ze dat.  Zo is het ook voor ons, als we ergens in een nieuwe omgeving komen, kan de één zich al gemakkelijker aanpassen dan de ander. 












Geen opmerkingen:

Een reactie posten